Veiligheid
Veilig wonen, kunnen buitenspelen, veilig naar de winkel kunnen gaan en een praatje slaan met de buren: dat is een basisrecht zoals het recht op onderwijs of werk. De Kortrijkse criminaliteitscijfers namen de laatste 10 jaar slechts licht af. Er is dus nog ruimte voor verbetering. Nog steeds krijgen te veel vrouwen te maken met geweld, en de laatste maanden zijn er serieuze problemen geweest in onze stad. Wie geweldbestrijding zegt, zegt preventie. Cijfers tonen aan dat de kans op misdrijven samenhangt met sociale controle. Veiligheid is geen rechts thema. Integendeel, het recht op fysieke integriteit is een recht dat voorop staat bij consequent links. Wie wil optreden tegen geweld en criminaliteit, moet de criminaliteit effectief bestraffen en tegelijk inzetten op een voorkomingsbeleid. Criminaliteit en geweld zijn vaak het werk van bendes en internationale netwerken die monsterwinsten nastreven via wapenhandel, mensenhandel, drugshandel... Tegenover de georganiseerde misdaad is zerotolerantie nodig. Geweld moet ook effectief bestraft worden. Tegelijk is een beter preventiebeleid nodig dat inzet op sociale rechtvaardigheid, sterke en levendige buurten en wijkagenten.
1. Laagdrempelige wijkkantoren en meer wijkagenten
- We gaan voor een laagdrempelig politiekantoor in het centrum dat ook ‘s nachts open is. Ook de toegankelijkheid van de politiediensten voor de deelgemeentes moet volledig herbekeken worden.
- We herwaarderen de rol van de wijkagent en maken ze meer toegankelijk. Zij weten wat er leeft onder de mensen, kennen hun wijk, de mensen die daar wonen of leven, en spelen daarmee een belangrijke rol.
- Diversiteit bij het politiepersoneel is een belangrijk instrument tegen discriminatie en moet dus aangemoedigd worden. Ook voor homofobie, seksisme of racisme binnen het politiekorps moeten er strenge straffen komen. We verbieden elke vorm van ethnic profiling en beschermen klokkenluiders.
- We organiseren inspraak op wijkniveau, voor inwoners en verenigingen, om de prioriteiten op vlak van preventie en veiligheid in de wijk te bepalen.
Meer achtergrondinformatie
Het is nu zes jaar geleden dat het politiekantoor verhuisde van Kortrijk Centrum naar de stadsrand in de De Taeyelaan. Al bijna net zo lang belooft het bestuur de politie terug naar het stadscentrum te brengen.We hebben nood aan een laagdrempelig en toegankelijk politiekantoor waar je gewoon kunt binnenstappen. Niet zoals het nu is waar je eerst een online afspraak moet maken om een aangifte te kunnen doen. En ook niet zoals burgemeester Van Quickenborne het voorstelt met een soort super combi’s die gericht zijn op repressie. Zowel voor het stadscentrum als voor de deelgemeentes hebben we een aanwezigheid nodig van de politie op maat van de Kortrijkzaan: toegankelijk, laagdrempelig en met een luisterend oor.
Bereikbare wijkagenten, dicht bij de mensen: die zijn cruciaal om overlast en criminaliteit tegen te gaan. Interventiewerking kan niet wat wijkagenten kunnen. Zij kennen de problemen in de wijk en kunnen preventief werken, problemen vroeg opmerken en er iets aan doen voor ze ontsporen in criminaliteit. En andersom: als de bevolking de agenten kent, is er meer controle op de agenten en komt het veel moeilijker tot misstanden.
Wij willen dat de stad meer investeert in wijkagenten met een goede opleiding, die bereikbaar zijn en dicht bij de mensen staan. Ze kunnen aan preventiewerk doen en problemen opmerken voor ze ontsporen in crimineel gedrag. Daarom is het ook belangrijk dat er overal dicht in de buurt een politiekantoor is waar mensen terecht kunnen met hun vragen. De administratieve last van de wijkagent moet dan ook zoveel mogelijk verlaagd worden, onder andere door het verder ontwikkelen van gebruiksvriendelijke apps.
Het is nu zes jaar geleden dat het politiekantoor verhuisde van Kortrijk Centrum naar de stadsrand in de De Taeyelaan. Al bijna net zo lang belooft het bestuur de politie terug naar het stadscentrum te brengen.We hebben nood aan een laagdrempelig en toegankelijk politiekantoor waar je gewoon kunt binnenstappen. Niet zoals het nu is waar je eerst een online afspraak moet maken om een aangifte te kunnen doen. En ook niet zoals burgemeester Van Quickenborne het voorstelt met een soort super combi’s die gericht zijn op repressie. Zowel voor het stadscentrum als voor de deelgemeentes hebben we een aanwezigheid nodig van de politie op maat van de Kortrijkzaan: toegankelijk, laagdrempelig en met een luisterend oor.
Bereikbare wijkagenten, dicht bij de mensen: die zijn cruciaal om overlast en criminaliteit tegen te gaan. Interventiewerking kan niet wat wijkagenten kunnen. Zij kennen de problemen in de wijk en kunnen preventief werken, problemen vroeg opmerken en er iets aan doen voor ze ontsporen in criminaliteit. En andersom: als de bevolking de agenten kent, is er meer controle op de agenten en komt het veel moeilijker tot misstanden.
Wij willen dat de stad meer investeert in wijkagenten met een goede opleiding, die bereikbaar zijn en dicht bij de mensen staan. Ze kunnen aan preventiewerk doen en problemen opmerken voor ze ontsporen in crimineel gedrag. Daarom is het ook belangrijk dat er overal dicht in de buurt een politiekantoor is waar mensen terecht kunnen met hun vragen. De administratieve last van de wijkagent moet dan ook zoveel mogelijk verlaagd worden, onder andere door het verder ontwikkelen van gebruiksvriendelijke apps.
Wij willen dat het stedelijke veiligheidsplan besproken wordt in wijkvergaderingen waar de korpschef en de burgemeester hun prioriteiten komen voorstellen. Naast het overkoepelende beleid willen wij een integrale buurtgerichte aanpak van preventie en veiligheid. Daarbij wordt de stem van inwoners, verenigingen en belanghebbenden gehoord om de prioriteiten vast te leggen. Onze wijkcentra en 300 buurt- en wijkcomités kunnen daar een belangrijke rol in spelen (meer daarover in ons hoofdstuk “Democratische stad”.)
2. De misdaad effectief bestraffen
- Nultolerantie voor georganiseerde misdaad. We bestraffen fysiek geweld en fysieke criminaliteit effectief.
- Sociale conflicten worden niet opgelost door stadspolitie, maar door toegankelijke wijkagenten die goed opgeleid zijn en de buurt goed kennen.
Meer achtergrondinformatie
Om paal en perk te stellen aan geweld en criminaliteit, moet criminaliteit effectief bestraft worden. Tegelijk moet er ingezet worden op preventie, op het voorkomen van criminaliteit. Hoe je het ook draait of keert: hoe groter de ongelijkheid in de samenleving, hoe groter de criminaliteit. In samenlevingen met meer gelijkheid is er minder geweld en misdaad.
De winstjacht gaat gepaard met bruut geweld. Er is economisch geweld en fiscale fraude. Er is witteboordencriminaliteit die onbestraft blijft. Er is het terrorisme. Er zijn de gewapende overvallen en gijzelingen, het geweld van mensenhandelaars, van grote drugskartels, van trafikanten in bloeddiamanten, van fraudeurs en economische misdadigers, pooiers en andere afpersers, car- en homejackers en georganiseerde bandieten.
Duidelijk is alvast dat de prioriteit moet gaan naar de strijd tegen de grote georganiseerde criminaliteit: de maffia, de generaals van de drugs- en mensenhandel, de grote oplichterij en fraude. Het zijn die generaals van de criminaliteit die in de wijken luitenantjes werven.
Fysiek geweld en fysieke criminaliteit moeten effectief bestraft worden. Bestraffing heeft een afschrikkende rol. Niet dat er om ter langst en om ter hardst gestraft moet worden, maar straffen moeten wel effectief uitgevoerd worden. Het kan toch niet dat daders van ernstige fysieke of seksuele gewelddaden nog lange tijd vrij rond blijven lopen. Of dezelfde dag of de dag nadien vrijgelaten worden. Dat creëert een straffeloosheid bij de criminelen en zorgt voor frustratie bij burgers en politie. Evenmin kan het zijn dat mensenhandelaars, grote drugsbaronnen of economische misdadigers en fraudeurs uit de bankenwereld, de diamantwereld of de industriële wereld op vrije voeten blijven. Er moet een einde komen aan de straffeloosheid van deze organisatoren van de criminaliteit.
3. Beter voorkomen dan genezen
- We verbeteren de leefbaarheid in wijken, we zorgen voor meer hulp, preventie en sociale controle door buurtwerkers, straathoekwerkers, jeugdanimatoren en gemeenschapswachten.
- We zetten in op dialoog en communicatie in plaats van op GAS-boetes. Bij echte problemen schakelen we justitie in.
- We kennen geen GAS-boetes meer toe aan jongeren onder de 16 jaar.
Meer achtergrondinformatie
Veiligheid is geen uitsluitend politionele bevoegdheid. Veel mensen zetten zich beroepshalve of als vrijwilliger in voor een veilige samenleving: conciërges, buurtwerkers, stadswachters, wijkregisseurs … In een aantal buurten zijn die vertrouwenspersonen vaak de enigen die aanspreekbaar zijn. Zij kunnen ook op de mensen afstappen, ‘outreachend’ werken. Die rol hoort er in elke wijk te zijn en verdient herwaardering. Ook de bureaucratie moet zoveel mogelijk afgebouwd worden, zodat de juiste mensen zo goed mogelijk hun job kunnen uitoefenen.
Wij willen meer straathoekwerkers en jeugdanimatoren. Dat zijn opvoeders die contact hebben met buren en bewoners. Zij kunnen preventief werken in samenspraak met de school, spijbelgedrag tegengaan, huisvestingsproblemen signaleren enzovoort. Natuurlijk is er een band tussen de leefbaarheid van een buurt en het veiligheidsgevoel. Leegstand, verkrotting, vervuiling en verloedering, gebrek aan openbare ruimte en aan groen vergroten de onveiligheid. Wie de stadswijken veiliger wil maken, moet dan ook investeren in het concept van de integrale wijk. Want voorkomen is veel beter dan genezen.
We zetten in op dialoog en communicatie in plaats van op GAS-boetes. Bij GAS-boetes is de lokale overheid én rechter én partij. Wie een GAS-boete wil betwisten, moet zelf naar de politierechtbank stappen en daar de kosten van dragen. Zelfs de hoogste parketmagistraten vinden de GAS-wet een inbreuk op de scheiding der machten en zij vinden de toepassing op jongeren meer dan bedenkelijk. Er is een specifieke aanpak nodig voor jongeren die in de fout gaan, waarbij rekening gehouden wordt met hun leeftijd, en waarbij de klemtoon in elk geval moet liggen op preventie en sensibilisering van jongeren en hun ouders. Een zogenaamd lik-op-stuk-beleid met boetes lost niets op. GAS-boetes zijn ook asociaal. Deftige kringen moeten niet vrezen voor een GAS-boete, ‘hangjongeren’ in volksbuurten wel. Boetes uitdelen lost de problemen in de wijken niet op. Niemand stelt nog de vraag waarom die vuilnisbak al op straat staat of waarom jongeren op straat slenteren en een stommiteit uithalen. Men wil iedereen in de pas doen lopen, niet door problemen op te lossen maar door te bestraffen. Nooit een boete dus? Toch wel. Als andere middelen niets uithalen, kan uiteraard een boete volgen.
4. Het slachtoffer staat centraal
- We waarderen het werk van de dienst slachtofferhulp en bouwen de dienst verder uit.
- Bij kleine buurtcriminaliteit gaan we vooral voor herstelgerichte straffen.
Meer achtergrondinformatie
Slachtoffers van misdaden blijven vaak verweesd achter. Ze blijven zitten met angst en vragen. Waarom ik? Ben ik ergens schuldig aan? Zal mijn schade vergoed worden? Wat bezielt de dader? Hier verdient al het goede werk van de dienst slachtofferhulp waardering. Het Zorgcentrum na Seksueel Geweld in AZ Delta in Rumbeke is een goed voorbeeld van integrale zorg voor slachtoffers. Wij ijveren ervoor dat dit ook in Kortrijk gebeurt, ook voor slachtoffers van andere misdaden. (zie verder in ons hoofdstuk “vrouwvriendelijke stad”)
Bij kleinere buurtcriminaliteit zijn herstelgerichte straffen belangrijk. Daders van buurtcriminaliteit moeten geconfronteerd worden met hun slachtoffer, zodat ze kunnen beseffen wat ze aangericht hebben. Ze moeten ook de schade vergoeden, financieel of door taakstraffen. Internationale ervaring leert dat zo’n herstelgericht strafbeleid veruit de hoogste efficiëntie haalt.
5. Investeren in sociale rechtvaardigheid en zekerheid
- We ijveren voor de herfinanciering van het onderwijs, het recht op werk en de versterking van de sociale zekerheid als basis voor sociale gerechtigheid. Op scholen willen we cursussen in sociale en openbare samenlevingszin.
Meer achtergrondinformatie
Alsmaar meer wordt veiligheid herleid tot repressie. Toch is sociale preventie de belangrijkste manier om criminaliteit te voorkomen. Het komt erop aan om het recht op arbeid en het recht op wonen te garanderen, net als een sluitende sociale zekerheid. Dan kan een gevoel van sociale geborgenheid ontstaan en een gevoel van onbezorgde verwachting voor de dag van morgen. Dan wordt het voor criminelen moeilijk om een netwerk van luitenantjes en dealertjes te rekruteren onder uitgeslotenen die geen uitweg meer zien of niets anders geleerd hebben dan het snelle geldgewin.
Een brede collectieve basis van sociale rechtvaardigheid en zekerheid maakt ook andere normen en waarden mogelijk. Zo kan er eindelijk een einde komen aan de dubbele moraal die zerotolerantie predikt en massale opsluiting als het over de ene vorm van geweld gaat, maar intussen oorlogsgeweld, bankiersgeweld en tv-geweld ongemoeid laat. Pas als de samenleving niet meer draait rond het hoogste ik-rendement, rond de oorlog van allen tegen allen en de oorlog tout court, kunnen waarden als samenwerking en sociale bescherming, solidariteit en respect de bovenhand halen.
Het onderwijs herfinancieren, werk bieden aan jongeren, vechten tegen de uitsluiting van grote groepen mensen: het is allemaal noodzakelijk in de strijd voor een veilige samenleving. Er zijn partijen die roepen over veiligheid, maar intussen een neoliberaal uitsluitingsbeleid voeren. Dat is niet alleen contraproductief, het is ook hypocriet.
6. Geweld tegen vrouwen
- Zie programma Vrouwvriendelijke stad